Beste broeders en zusters, Vandaag begint de Advent, een bijzondere tijd van verwachting, hoop en voorbereiding. We hebben de eerste kaars van de adventskrans aangestoken, een krachtig symbool van hoop en licht. Advent nodigt ons uit om uit te zien naar de komst van Jezus Christus: niet alleen als het kind in de kribbe met Kerstmis, maar ook als de Mensenzoon, die aan het einde der tijden alles nieuw zal maken. Maar laten we eerlijk zijn: Advent is voor velen van ons vaak een drukke tijd. We rennen van de ene taak naar de andere, met eindeloze to-do-lijsten voor Kerstmis. Maar wat wil God ons vandaag door deze lezingen zeggen?
Het evangelie dat we vandaag horen, bevat een krachtige waarschuwing. Jezus spreekt over tekenen aan de hemel: zon, maan en sterren. Hij beschrijft angst onder de volken, een wereld in beroering, en mensen die verstijven van schrik. Dit kan ons beangstigen, maar Jezus laat ons niet achter in angst. Hij spreekt ook woorden van hoop en bemoediging: “Als dit alles begint te gebeuren, houd dan moed en blijf rechtop staan blijf in Gods verbondenheid en vertrouwen, want jullie verlossing is nabij.”
Dit is de kern van het evangelie. Het kwaad heeft niet het laatste woord. Jezus zal terugkomen om het kwaad te overwinnen en om ons leven en deze wereld te vernieuwen. Tot die tijd roept Hij ons op waakzaam te zijn, standvastig te blijven en met aandacht te leven.
Het evangelie van vandaag stelt ons een belangrijke vraag: Waar richten wij onze aandacht op?
Veel mensen leven in het verleden. Sommigen idealiseren “de goede oude tijd,” een periode waarin alles volgens hen beter en eenvoudiger was. Anderen kijken juist met pijn terug op moeilijke tijden, en zijn blij dat deze voorbij zijn. Aan de andere kant zijn er mensen die vooral bezig zijn met de toekomst. Sommigen maken zich grote zorgen over wat komen gaat: over de Kerk, het klimaat, de wereldvrede. Anderen zien de toekomst met hoop en verwachting tegemoet, in de overtuiging dat alles uiteindelijk goed zal komen.
Jezus wijst ons erop dat de enige plek waar we echt iets kunnen doen, het ‘heden’ is. Het verleden is voorbij en de toekomst nu in Gods liefdevolle relatie ontwikkelen geeft houvast en is gericht op nieuw leven. Het is in het ‘nu’ dat God ons oproept om waakzaam te zijn en bewust te leven.
Wat betekent het om waakzaam te zijn? Waakzaam zijn betekent met aandacht leven. Het houdt niet in dat we de toekomst negeren of het verleden vergeten, maar dat we in het heden openstaan voor wat God ons wil geven. Het vraagt dat we oog hebben voor de noden van de mensen om ons heen en dat we ons hart openen voor Gods aanwezigheid in ons dagelijks leven.
Jezus zegt: “Wees waakzaam en bid dat je sterk mag staan en voorbereid bent op wat komt.” Dit is geen oproep om bang te zijn, maar een uitnodiging om op God te vertrouwen. Het is een bemoediging om met een waakzaam en open hart te leven en ons voor te bereiden op de komst van Jezus – hier en nu, in ons eigen leven.
Beste mensen, Advent is ook een tijd om ons bewust te worden van onze rol als gemeenschap. We worden geroepen om samen een gemeenschap van liefde te vormen, een gemeenschap waarin we elkaar steunen en bemoedigen. In die verbondenheid met God en met elkaar kan verwarring plaatsmaken voor vrede – een vrede die alleen Jezus ons kan geven. Laten we deze Advent bewust en waakzaam leven. Niet te veel blijven hangen in het verleden, niet verdwalen in zorgen of verlangens over de toekomst, maar ons richten op het heden. Hier en nu wil God ons ontmoeten.
Moge deze Advent een tijd zijn van hoop, vernieuwing en vreugde. Laten we waakzaam zijn en met een open hart uitzien naar de komst van onze Verlosser. Amen.
Kapelaan Siju