Beste mensen, In het dagboek van ons leven heeft de kersttijd altijd een bijzondere plek. Het is een tijd vol verhalen: familiebezoeken, samen eten, een kerstmarkt bezoeken, en voor de kinderen het versieren van de kerstboom, het opzetten van de kerststal, en het gezellig aankleden van het huis samen met vader en moeder. Om dit samen te doen, vinden wij altijd heel fijn.
In deze dagen denk ik vaak terug aan mijn kindertijd. Aan hoe ik, als kleine jongen, samen met mijn moeder de kerststal mocht opzetten. “Voorzichtig,” zei ze altijd als we de beeldjes uit het vergeelde krantenpapier haalden. Ik was namelijk geboren met wat mijn moeder lachend “gezegende handen” noemde – alles wat mooi was, leek ik meteen kapot te maken. De belangrijkste taak van mijn moeder in die tijd was daarom om de kerstbeelden te beschermen. Voor ons beiden waren dat altijd spannende momenten, want één verkeerde beweging kon een beeldje breken.
We leven nu in een tijd die, op een bepaalde manier, op die momenten lijkt: een tijd vol spanning en onzekerheid, waarin dingen zomaar kapot kunnen gaan. Ik hoef het niet eens te benoemen; ieder ziet zelf hoe de wereld eraan toe is. Oorlogen, natuurrampen, machtsspelletjes, de onzekerheid over de toekomst en de invloed van sociale media drukken zwaar op ons.
In deze wereld vol uitdagingen rijst de vraag: “Wat kan de geboorte van het kindje Jezus ons vertellen in deze tijd?”
Het antwoord ligt in de kern van het kerstverhaal. In de lezing hoorden we hoe de herders werden overvallen door een engel. Ze waren doodsbang, want de verschijning van een engel was iets totaal onverwachts en overweldigends. De herders, eenvoudige mensen die gewend waren aan de stilte en het gewone leven op de velden, werden overrompeld. Hun angst: “Wat is er aan de hand?” weerspiegelt onze eigen angsten in deze onzekere wereld.
En wat zegt de engel als eerste?: “Wees niet bang.” Die woorden vormen de allereerste kerstboodschap.
Het is een boodschap van hoop en vertrouwen. Het kind dat in Bethlehem wordt geboren, komt in een wereld die net zo gebroken en onzeker is als de onze. Hij wordt geboren in een stal, te midden van eenvoud en kwetsbaarheid. Toch verkondigt zijn geboorte een diepe waarheid: “God komt naar ons toe, precies zoals wij zijn – met al onze angst, onzekerheid en kwetsbaarheid.”
Die hoop is niet groot of machtig zoals de wereld dat vaak ziet. Het is de hoop van een klein lichtje van grote Liefde in de duisternis, een kwetsbaar kind in een voerbak. Maar juist dat kleine licht verdrijft de duisternis.
En dat licht is ons gegeven om door te geven. Net zoals de engel het goede nieuws bracht aan de herders, worden wij uitgenodigd om boodschappers te zijn van hoop en liefde. Door oog te hebben voor elkaar. Door te luisteren naar de eenzamen, te zorgen voor de kwetsbaren, en te kiezen voor de vrede in plaats van het conflict.
Vandaag nodigt het kerstverhaal ons uit om stil te staan bij die hoop. Om opnieuw de woorden van de engel te horen:“Wees niet bang.” En om ons te laten raken door het wonder van Kerstmis: Dat God zo dichtbij ons komt, dat Hij ons kwetsbare leven deelt.
Als je naar de kerststal kijkt, zie je niet alleen oude beeldjes die voorzichtig zijn neergelegd. Je ziet ook een vreugdevolle boodschap. Je kunt er de hoop in herkennen van herders die hun angst overwinnen, de blijdschap van een moeder die na zoveel onzekerheid haar pasgeboren zoon ziet, en de rust van een man die door al zijn inspanningen heen de Zoon van God omarmt. Maar bovenal zie je de open armen van het kindje Jezus, die iedereen bij Hem welkom heet.
Laten we die hoop niet voor onszelf houden, maar het licht van Kerstmis delen – in onze woorden en daden. Want zelfs in een wereld vol gebrokenheid en angst, kan hoop en vertrouwen opnieuw geboren worden.
Ik wens u allen een gezegend Kerstfeest. Amen.
Kapelaan Siju.