Skip to main content
Preken

3e zondag van de veertigdagentijd C.

By 26 maart 2025No Comments

Beste broeders en zusters in Christus,

Er is een verhaal over een jongen die graag met zijn vriend uit de buurt speelt onder een boom achter hun huis. Op een dag vertelt zijn vader hem dat hij de boom zal omhakken, omdat er al drie jaar geen vruchten meer aan zijn gekomen. De jongen is verdrietig en deelt het slechte nieuws met zijn vriend uit de buurt, en samen huilen ze.

De volgende dag breekt de jongen zijn spaarvarken open en koopt een mand appels. Met de hulp van zijn vriend bindt hij de appels aan de boom. De volgende ochtend ziet zijn vader de boom vol appels en roept zijn vrouw: “Schat, ik weet niet hoe dit mogelijk is; ineens heeft de dorre boom appels, en het meest verbazingwekkende is dat het een sinaasappelboom is!” De kleine jongen probeerde zijn speelplek, de boom, te redden.

In het evangelie van vandaag vertelt Jezus ook een gelijkenis over een onvruchtbare vijgenboom. De eigenaar zoekt al drie jaar naar vruchten aan de boom, maar vindt niets. Daarom wil hij de boom omhakken, zodat hij de grond niet langer nutteloos bezet. De tuinman smeekt echter om de boom nog een jaar intensieve verzorging te geven; als hij dan nog steeds geen vrucht draagt, kan hij worden omgehakt.

Hoewel Jezus geen directe uitleg bij de gelijkenis geeft, is het duidelijk dat de boom ons allemaal vertegenwoordigt. Jezus zelf is de tuinman, die voor ons pleit en bemiddelt, en die ons voedt met Gods woord en genezing, evenals met zijn lichaam en bloed. De eigenaar in de gelijkenis verwijst naar God de Vader, onze Schepper.

Het is zorgwekkend dat de vijgenboom na drie jaar nog steeds geen vruchten draagt. In de Bijbel symboliseert het getal “drie” volledigheid. De boom kreeg alle nodige aandacht en voedingsstoffen. Het is daarom cruciaal om te begrijpen waarom hij toch onvruchtbaar bleef.

Om te ontdekken wat het probleem is, moeten we kijken naar de wortels van de boom. Het probleem zit niet in de stam, takken of bladeren, maar in de wortels. Wanneer een boom voeding uit de grond haalt, dan zijn wortels open en ontvankelijk voor wat de bodem biedt. Het is dus belangrijk dat de boom in een vruchtbare voedingsbodem kan wortelen en gezonde voeding kan binnenhalen, maar vooral dat wortels open en ontvankelijk zijn en zich verrijken aan de noodzakelijke voeding.

Net zoals de vijgenboom in de wijngaard van God de Vader staan wij onder de zorg van Jezus Christus, onze hemelse tuinman. Hij voedt ons voortdurend met Gods woord en met zijn lichaam en bloed, die ons geestelijk voeden. De uitdaging voor ons is: zijn wij bereid ons hart open te stellen en te ontvangen wat de Heer ons aanbiedt? En zetten wij het om in vruchtbare daden?

De vastentijd roept ons op tot ware bekering. De gelijkenis in het evangelie laat zien dat God ons tijd geeft om ons te bekeren. God vraagt ons dus niet om enkel de buitenkant te versieren, zoals de kleine jongen deed door appels aan de boom te hangen, maar om een diepgaande vernieuwing van binnenuit.

Wij moeten terugkeren naar God, zoals de Israëlieten dat deden na vierhonderd jaar slavernij in Egypte. God antwoordde hen via Mozes door middel van de brandende braamstruik, zoals we lezen in de eerste lezing. De brandende braamstruik symboliseert Gods eeuwige Liefde, die in deze vastentijd op ons wacht.

De vijgenboom kreeg nog één jaar om vrucht te dragen; wij hebben ook al vele jaren gekregen om ons “hart” te volbrengen en ons los te maken van de slavernij van de zonde. Het is nu een zeer geschikte tijd om hieraan te werken. Laten we deze kans niet schieten. God verlangt naar geestelijke vruchten, niet naar dorre religieuze bomen.

Mogen we groeien van onvruchtbaarheid naar werkelijke vruchtbaarheid, tot Gods eer en tot onze redding en Liefde en Licht voor de wereld. Zeker in deze duistere tijd waarin de wereld zo naar Licht verlangt. Het Licht is er, wij moeten het alleen opnemen en verspreiden. Amen.

kapelaan Siju