BRIEF AAN DE PAROCHIANEN MEI 2020 Pastorie 15-5-2020
Dierbare parochianen,
We weten nog niet welke maatregelen onze Nederlandse bisschoppen gaan voorstellen op basis van die van de overheid van vorige week. We zouden het komend weekeinde van uitsluitsel krijgen. We vragen ons intussen af of we onder voorwaarden vanaf 1 juli weer (Eucharistie)vieringen in onze kerken mogen houden . Die vraag wordt ook gesteld door nogal wat mensen die uitzien naar onze samenkomsten waarin we ons aan de hand van de H. Schrift kunnen bezinnen op onze opgaven als mens; waarin we vertrouwend en vragend kunnen bidden; waarin we kunnen luisteren en samen zingen. Er leeft in deze coronatijd de nodige onzekerheid en zorg. Ons gevoel alles zelf te kunnen uitmaken heeft in de beleving van velen een behoorlijke deuk gekregen. Waar vinden we houvast nu we moeten laten wat we normaal kunnen doen en moeten doen wat we normaal kunnen laten?
Het is niet de eerste keer dat zoiets voorkomt in de geschiedenis. En telkens geeft dat te denken, of men nu gelovig is of niet. In ieder geval zijn n.a.v. de coronacrisis veel mensen zich bewust van de noodzaak van solidariteit, van rekening houden met elkaar. Bij velen heerst een gevoel van (noodzakelijke) saamhorigheid. Dat staat haaks op het toenemend aandacht voor het individu en diens welbevinden van de laatste vijftig jaar.
Kerken hebben van oudsher de functie gehad om mensen bij elkaar te brengen. Ze zijn, als het goed is, dragers van een boodschap van liefde, van rekening houden met en omzien naar elkaar. Die Goede tijding hebben de kerken niet zelf uitgevonden, maar is hun ter verspreiding meegegeven. Ze steunt op het geloof dat God van zijn mensen houdt. Van de week had ik iemand aan de telefoon, die bij alle ellende in de wereld zich afvroeg of God het allemaal niet beter had kunnen regelen? Aan de telefoon kun je op zulk een vraag, die wellicht bij velen leeft, niet uitgebreid ingaan. Ik vroeg de man ‘of God er wel goed aan gedaan had ons vrij te laten? Als Hij veel of alles zou regelen zouden we onze vrijheid kwijt zijn en naar zijn pijpen moeten dansen’. Nu kunnen we vanuit onze vrijheid ja of nee zeggen tegen God. ‘Ja’, zei de ander, ‘dat was dan ook wel weer zo’. Tot dit soort vragen, die met ons leven en onze positie als mens te maken hebben, geeft de coronacrisis (klaarblijkelijk) aanleiding.
De boodschap van de kerken bestaat hierin dat “God mens is geworden en onder ons heeft gewoond’. We vieren dat met Kerstmis. Daarmee is God in Jezus ons mensenbestaan komen delen met zijn ups en downs, zijn vreugde en verdriet, zijn kwetsbaarheid en eindigheid, om er uiteindelijk met Pasen leven-voorgoed aan over te houden. Parochies bestaan uit mensen die geloven dat ze daarin kunnen delen en daar door hun doopsel uiting aan geven. Dat geloof is waarschijnlijk de achtergrond van het verlangen dat we in onze parochiekerken weer bijeen kunnen komen om ons geloof te vieren. Gelovigen vinden er hun houvast, vertrouwen en hoop dat het uiteindelijk met ons goed komt. Dat heeft zijn betekenis voor ons leven hier en nu. Het zorgt voor een goede Geest in ons. Ik moet daarbij vaak denken aan de bemoedigende woorden die de Paulus schrijft aan de gemeenschap van christenen van Galatië (in het huidige Turkije). Hij noemt als vruchten van de Geest ‘liefde, vreugde en vrede, geduld, vriendelijkheid en goedheid, geloof, zachtmoedigheid en zelfbeheersing’. Zij lijken mij de eigenschappen die zorgen in ons voor een basisvertrouwen, waardoor we heel wat áán kunnen ook in deze tijd van coronacrisis.
Momenteel zijn we aan allerlei maatregelen gebonden maatschappelijk, maar ook kerkelijk. Een van de meest ingrijpende beperkingen, vind ik, dat we bij een afscheid van een overledene in de kerk maar 30 mensen mogen toelaten. Normaal hebben we een volle kerk of minstens een vol middenschip. Nu de horecagelegenheden gesloten zijn wordt ook de ontmoeting van familie, vrienden en kennissen gemist.
Ook mogen slechts 30 mensen tegenwoordig zijn bij een kerkelijke huwelijksinzegening waardoor inzegeningen vaak worden uitgesteld.
De 1e Communie in Eys is al uitgesteld tot 6 september. En nu we door de sluiting de kinderen niet op school konden voorbereiden zorgde Theo Dahlmans in samenwerking met meester Swen Jongen ervoor dat de bijbelfilmpjes en de daarbij behorende cursus bij de ouders kwamen met van tijd tot tijd wat aanwijzingen. Toch zou het fijn zijn als we vóór de viering nog enkele keren met de kinderen bijeen zouden kunnen komen om de viering voor te bereiden.
Tot slot. We hebben sinds januari van dit jaar in onze dorpen van een aantal overledenen afscheid moeten nemen. De laatste weken waren de uitvaarten slechts mogelijk in tegenwoordigheid van een beperkt aantal mensen. Dat was voor de betrokkenen niet gemakkelijk. Het zou fijn zijn, als we als medeparochianen of mededorpsbewoners, waar nodig en mogelijk, aandacht kunnen besteden aan hen die het verlies van een dierbare te betreuren hebben. Het past in de huidige aansporingen om aandacht te besteden aan elkaar. Ook zieken en eenzamen verdienen die aandacht. Ik vond in de tuin van de pastorie aan een stokje het volgende bericht: ‘Ik denk aan je’. Het was niet ondertekend. Maar het doet wel goed. Zien we naar elkaar om, blijf gezond, blijf voorzichtig en houd vol, ook al is dat vaak niet gemakkelijk.
Hartelijke groet, ook van pastor Franssen. A. Reijnen, pastoor.